maandag 9 augustus 2021

Wild en nog wilder.


Het kan me niet wild genoeg zijn in de tuin: dus kom ik nu volledig aan mijn trekken.

De groeikracht en de groene weelde is zonder meer overweldigend.

De vele regen, de betrekkelijk koele voorjaars- en zomermaanden – tot nu toe – zijn voor de meeste mensen nu niet bepaald naar wens geweest, voor de meeste planten was het een zegen.

De tuin is, zoals ik hem zou wensen: een soort bostuin, waarin je je omhuld voelt door bomen, struiken en lager groeiende planten.



Té wild, zou menigeen zeggen. Het kan me niet wild genoeg zijn. Dán valt er pas wat te zien en te beleven.

Er zijn stukjes tuin, waar ik nooit of zelden een voet zet. Daar speelt zich af, wat zich daar af wil spelen.



Heerlijk voor allerlei gedierte.

Toch stel ik ook mijn grenzen. De (schors)paden moeten goed beloopbaar blijven, de heggen zo ongeveer bijgehouden. Bepaalde, door mij minder gewenste kruiden, houd ik in toom.




Een zekere esthetiek is voor mij belangrijk, een zeker evenwicht in vorm en kleur waarbij de “wil” van de natuur primair is.