maandag 24 november 2014

Natuurtapijt.


Tapijtontwerpers richten zich regelmatig naar de natuur voor inspiratie. Er is een tijd geweest waarin men reclame maakte met in een bos uitgerolde tapijten, die je de suggestie gaven dat je met dit tapijt op een natuurlijke bosbodem zou leven.
Ik denk, dat men zijn interieur in deze tijd gemiddeld volgens andere principes zal stylen, maar ik heb die advertentie altijd onthouden.
Hierboven een uitgebreid mosveld in een bos. Prachtig vind ik dat. Ik denk nog altijd aan de directeurskamer, waar kamerbreed een moskleurig wollen tapijt lag. Deze directeur zei, dat hij bewust voor deze kleur had gekozen vanwege de natuurlijke rust, die ervan uitging.

Ons huis is vanwege onze leefwijze totaal ongeschikt voor tapijt. We leven daar niet netjes genoeg voor; we rommelen graag met allerlei spullen, aarde, zand en stenen. We lopen regelmatig vanuit de tuin het huis binnen. We knoeien met aquarium- en plantengietwater. De poes spuugt wel eens...
En dan praten we nog niets eens over huisstofallergie.
Dus voor ons ligt overal gemakkelijk schoon te houden gladde vloerbedekking in huis.



Maar in de tuin ligt op het moment een heel mooi, okerkleurig tapijt: dat hebben de metasequoia's gedaan, die de afgelopen week de meeste takjes hebben afgeworpen. 
Hieronder de nagenoeg kale Metasequoia, zoals hij er vanmiddag uitzag.

kalende Metasequoia



zaterdag 15 november 2014

Zwammen en zwammetjes in je eigen tuin.


Het loont de moeite om ook de eigen tuin eens nauwkeurig te inspecteren op allerlei zwammen en zwammetjes. Vooral op wat verwaarloosde plekjes achter in de tuin, maar ook op plekken waar je meestal zo aan voorbij loopt. Met een goede foto van je ontdekkingen kun je met behulp van Google afbeeldingen, paddenstoelensites en goed kijken, checken en geduldig nog eens checken een eind komen in het determineren. Je kunt nog voor aardige verrassingen komen te staan ;-)

Mijn speurtocht was niet alleen gericht op de echte klassieke paddenstoelen maar ook op kleinere zwammetjes, waar je meestal aan voorbijgaat.
boomgaardvuurzwam (Phellinus tuberculosus)
De eerste foto en die hierboven  betreft een korstzwam genaamd boomgaardvuurzwam (Phellinus tuberculosus) , die voorkomt op een roodbladige sierkers achterin de tuin. Het schijnt een sluipmoordenaar te zijn, die uiteindelijk het hout verzwakt. Toch staat deze zwam op Rode Lijst (Kwetsbaar) en schijnt vrij zeldzaam te zijn. De hovenier, met wie ik de ronde deed door de tuin, raadde ons aan de boom, die al veel dood hout heeft, te kappen, aangezien hij steeds minder stormbestendig zal zijn.
Op de combinatiefoto zie je hoe de zwam begint, als een lange, nog platte korst op de stam van de boom. Later worden het dikke korsten met gelaagde randen, toch heel mooi en subtiel van kleur.

Op de grond achter het compostvat staat een mooi groepje slanke trechterzwammen (Clitocybe gibba) :

slanke trechterzwammen (Clitocybe gibba)
Op een dood stukje hout in de takkenwal vond ik tot mijn genoegen geweizwammetjes (Xylaria hypoxylon):

geweizwammetjes (Xylaria hypoxylon)
En op een oud, achtergelaten eikenhouten paaltje de donzige korstzwam (Cylindrobasidium laeve), toch ook heel apart om te zien:

donzige korstzwam (Cylindrobasidium laeve)
Met een beetje speuren zal iedereen in een stapel oude takken jaarrond wel de lichtroze, speldenknopgrote stipjes kunnen zien van het gewone meniezwammetje (Nectria cinnabarina) . In de herfst zie je ook wat grotere, donkerrode wratjes verschijnen, waarin de sporenzakjes zitten:

gewoon meniezwammetje (Nectria cinnabarina)
Ook kwam ik een tak tegen met de mooie roestbruine kogelzwam (Hypoxylon fragiforme), die kleine bolletjes maakt zo groot als een erwt: 

roestbruine kogelzwam (Hypoxylon fragiforme)
Een grote verrassing op onze oprit, vlak bij de schutting, was een bekerzwammetje. Waarschijnlijk de wasgele bekerzwam (Peziza cerea). Tussen de stenen in: ik dacht eerst dat het een bruin blaadje was, maar bij nadere inspectie zag ik dit bijzonder charmante zwammetje. Rechtsonder een jong exemplaar en links al wat oudere. Het schijnt nog vrij zeldzaam te zijn ook:

wasgele bekerzwam (Peziza cerea)

Tot slot eindig ik dit gezwam met de veel voorkomende gewone zwavelkop (Hypholoma fasciculare), altijd weer leuk om te zien. Hier op een van onze oude bielzen:

gewone zwavelkop (Hypholoma fasciculare)


zaterdag 8 november 2014

Het einde van een stokoude vlinderstruik.


Mijn stokoude vlinderstruik (Buddleja davidii) , die de afgelopen zomer kans zag nog overdadig te bloeien: ik vind dat heel bijzonder en een teken, hoeveel levenskracht er kan blijven, terwijl een plant eigenlijk óp is.
Deze vlinderstruik is naar schatting 15 à 16 jaar geleden als spontane zaailing in de tuin ontstaan.
Na enkele jaren is hij vrijwel elk voorjaar tot op 50cm teruggesnoeid. Ik vind het onderstel daar eigenlijk niet mooier van worden: in Zuid-Europa zie je prachtige vlinderstruiken in het wild en die worden ook niet teruggesnoeid...
Maar, gezegd moet worden, dat de struik elk jaar royaal bloeide en een trekpleister van vlinders was. Dit voorjaar had ik het gevoel, dat ik hem niet verder dan tot ongeveer heuphoogte moest terugsnoeien. Hij heeft weer schitterend gebloeid.


Toen ik hem kort geleden eens beter bekeek, contrasteerde ik dat de dikke basistakken vlak bij de grond vrijwel volledig vermolmd en verrot waren, met een zacht duwtje zou ik de hele plant omver kunnen duwen. 


 Dat betekent dus het einde van mijn dierbare, oude vlinderstruik. Elke storm zou hem nu omver kunnen blazen. Hij gaat er dus vóór de lente uit.
En er moet uiteraard een nieuwe komen. Ik sta open voor tips voor een sterke, maximaal vlinderlokkende variëteit, die best twee tot drie meter hoog mag worden.

Ik heb trouwens nergens kunnen vinden hoe oud een Buddleja kan worden. op grond van mijn eigen waarnemingen zou ik zeggen: maximaal 20 jaar ....(?)

N.B. Op advies van onze hovenier hebben we de struik in het voorjaar van 2015 met beleid teruggesnoeid. Nu, zomer 2017, is hij wel 3 meter hoog en bloeit als nooit tevoren.

zondag 2 november 2014

Het vallen van de bladeren: transparantie.


Met het vallen van de bladeren en het instorten van de bovengrondse delen van veel vaste planten confronteert deze tijd van het jaar ons onontkoombaar met processen van afsterven en vergaan.
Het wijkende licht, duisternis, kou, regen, wind: het kan niet anders dan dat het inwerkt op onze stemming.


Halloween op 31 oktober, laat ons spotten met de angstaanjagende dood. Allerheiligen en Allerzielen op 1 en 2 november bepalen ons bij de gestorvenen.
Dit jaar valt merkwaardigerwijze een kleine nazomer op deze dagen. Deze verjaagde de meer beschouwelijke gedachten, die in het begin van de week bij mij opkwamen.
Toch voelde men in vroegere tijden op deze dagen iets van transparantie met betrekking tot de bovenwereld en de onderwereld. Alsof deze werelden even iets toegankelijker werden voor onze geest.

vederesdoorn westkant tuin
 Ook de nuchtere beschouwer krijgt meer uitzicht op het hemelrijk: de bomen worden weer doorzichtig.

berk oostkant tuin

zaterdag 1 november 2014

Maandelijks hetzelfde stukje tuin gespot: november.


Hoewel het nu 1 november is, ziet het kleine stukje tuin, dat ik vanaf januari maandelijks op de foto zet, er groener uit dan begin vorige maand. Het zegt iets over de afgelopen warme oktober. Zelfs vandaag zal de temperatuur een paar streepjes boven de 15 graden komen, zélfs hier in Zuidoost Friesland. Dat gaat vrijwel zeker weer een weerkundig warmterecord opleveren.
De herfstkleuren verschijnen onmiskenbaar om ons heen, maar we zien ook vreemde dingen: bloeiende paardenbloemen in het veld, bloeiende kamperfoelie, bloeiende tuingeraniums enz. en vooral veel groen op de grond. 


De rozetten van de overblijvende Papaver oriëntale hierboven zijn groter en steviger geworden, ze zullen overwinteren en het volgend voorjaar bloeien. Het wordt wel saai, maar ik heb hem maar weer vanuit het muisjes-perspectief gefotografeerd. Het leukst vind ik de mosjes en middenonder de nieuwe uitlopertjes van de cypreswolfsmelk, die ik in september had "gereduceerd".
Wieden als een rund, zoals Henk Gerritsen zo mooi zei, dat wil zeggen: het "ongewenste" uittrekken, zodat je de bodem zo weinig mogelijk verstoort. Je plaagt daarmee de plant, maar je zorgt ook dat hij minder kans krijgt andere, door jou gewenste soorten te overwoekeren.

En zo gaan we de winter in, die vandaag aanvoelt als zomer. De zon en de temperatuur roepen mij naar buiten, om de hele middag lekker in de tuin te scharrelen.