Een dag vóór het
invallende miniwintertje een 40-tal planten in de grond zetten: is
dat wel verstandig? “Ja”, zei de bezorger van de
tuinplantenwinkel, die afgelopen donderdag om 9.00 uur ‘s morgens
mijn bestelling afleverde, “zet maar in de grond, deze planten
kunnen ertegen”.
Aan de oost- en
noordzijde (hierboven = noord) van ons huis waren een aantal oude en rommelige planten
geruimd. Dat is niet mijn gewoonte, maar ik kon niet meer goed bij
mijn ramen komen om ze te zemen. Twintig jaar lang moest ik mijzelf -
bij deze, slechts een keer of drie maal per jaar gepleegde,
activiteit - door struikgewas worstelen. Ik struikelde over de
ongelijke grond en trotseerde tekenbeten. Ik moest
daarvoor steeds meer moed verzamelen en bedacht toen dat ik maar eens
moest gaan praten met onze hovenier.
Hij adviseerde mij om
de beplanting tot een meter vanaf het huis weg te halen en daar een
soort staptegels neer te leggen. Hij had nog geschikte tegels liggen
uit een andere tuin, die hier heel goed dienst konden doen.
Zo geschiedde.
Maar wát een kaalslag
rondom het huis! Wel kan ik nu prima bij mijn ramen komen. Ook de
schilder zal t.z.t. wel blij zijn, want hij moest zich ook al in
bochten wringen om overal bij te komen, overigens zonder een klacht
te uiten.
Ik heb een aantal weken
besteed aan het samenstellen van een geschikte beplanting rondom de
tegels. Wat lange, kruipende beplanting: aan de oostzijde bij de muur
van het huis Ajuga reptans “Burgundy Glow”, en aan de noordzijde
Vinca minor “Miss Gertrude Jekyll”
Aan de oostzijde een
rijtje groenblijvende zegges, Carex foliosissima “Irish Green”,
een tweetal Euphorbia amygdaloides “Purpurea” en een groot roze
bloeiend siergras Miscanthus sinensis “flamingo”
Bij de hoek (zie hieronder beneden) zette ik
een viertal groenblijvende, jonge varens uit eigen kweek Polystichum
setiferum “Herrenhausen”. Voor een hoger groeiend neefje ervan,
de mooie, ook wintergroene Polystichum polyblepharum, zocht ik een
meer beschutte plek.
De zegges met het mooie
groene blad, en de Euphorbia’s aan de oostzijde heb ik voor alle
zekerheid afgedekt om ze tegen de harde, ijskoude wind bij matige
vorst te beschermen.
Hoe deze plekken zich
gaan ontwikkelen, zal ik om de paar maanden op deze blog laten zien.
En of ik voortaan mijn
ramen vaker ga wassen? Ik heb wel wat beters te doen! Maar stel, dat
ik binnen een aantal jaren hulp in de huishouding nodig ga hebben –
wat de goden mogen verhoeden – deze persoon zou in de vorige
situatie beslist geweigerd hebben bij mijn ramen langs te gaan.