zaterdag 25 augustus 2012

De hazelaar: bomenkalender nr.9.


Bij de periode van 5 augustus tot 1 september hoort volgens de Keltische bomenkalender de Hazelaar ( Corylus avellana). Het is een meerstammige grote heester of kleine boom met mooi gevormd blad, die al sinds de laatste ijstijd in onze streken voorkomt.
In januari verschijnen de mooie langwerpige, gele, mannelijke katjes al. De vrouwelijke, kleine bloemetjes, dichtbij de stam, verschijnen een maand later. Hij bloeit dus op het naakte hout.
Langs de kust en op de zeeklei voelt hij zich niet goed thuis; we zien hem meer op wat vochtige en mineraalrijke, zwakzure tot kalkhoudende grond.
De hazelaar is dus niet al te kieskeurig. De charme zit hem in de mooie manier waarop de hazelnootjes in wording in de kapseltjes zitten. De afbeelding hierbeneden laat dat zien. Het lijken wel een soort helmpjes, waarmee de zaden bedekt zijn; vandaar de naam Corylus, afgeleid van het woord “korys” = helm.

                                                  bron: Wikipedia

Bij ons in de tuin hebben we geen volledig uitgegroeide hazelaar, maar een hazelaarshegje:


De hazelaar laat zich heel goed snoeien en kan zo mooie hagen vormen. Wel mis je dan de bloei, en dus de noten.
Die eetbare hazelnoten kent iedereen wel, ze zijn al duizenden jaren voedsel voor mens en dier. Vooral gaaien, muizen en eekhoorns nemen de nootjes mee en zorgen zo ook voor de verspreiding van de boom.
Een handje vol hazelnoten zorgt al voor 50% van de benodigde vitamine E. Daarvan wordt ook wel gezegd dat het een vruchtbaarheidsvitamine is. De hazelaar wordt in de mythologie ook geassocieerd met vruchtbaarheid. Niets aan de boom is trouwens giftig.

                                                     bron: Wikipedia

De boom is niet voor niets opgenomen in de bomenkalender van de oude Kelten. Hij geldt als een heilige boom die, zoals de eik, niet zomaar gekapt mocht worden. Met de buigzame takken werden vroeger gerechtsplaatsen rondom afgezet. Dat gold als een heilige omheining.
Hazeltakken hadden méér magische eigenschappen. Een rechte tak kon dienen als een toverstaf; staven van hazelaarhout werden in oude graven gevonden. Takjes in een stal beschermde het vee.
Een gaffelvormige, soepele tak >----- kan je als wichelroede gebruiken om water, een schat en dieven te vinden. De twee uiteinden neem je elk in een hand, trekt het wat uit elkaar en dan ga je lopen en kijken op het uiteinde reageert. Wie weet, wát je nog zal vinden...

De boom zou niet zo gevoelig zijn voor blikseminslag, dat komt waarschijnlijk omdat hij oppervlakkig wortelt en meerstammig is. De hazelaar heeft dus in meer opzichten een beschermende functie, wanneer je hem bij je huis hebt staan.
Als je geen plaats hebt voor de boom, kan je ook een hazelnootje bij je dragen. Misschien ken je wel de zilveren hazelnootjes als hangertje aan een ketting. Dit symbooltje heeft dus een hele oude oorsprong.

Tenslotte: er is ook een hele mooie, donkerrood-bladige soort: de Corylus avellana purpurea. Wanneer je al een hazelaar zou willen planten, vergeet die soort dan niet.

zondag 19 augustus 2012

Planten in de hitte.


Zelfs in Friesland zaten we in de 30+. In onze tuin werd het in de schaduw 31 graden, en dat hebben we hier niet vaak meegemaakt.
De zomer startte met kil en koud weer en veel nattigheid. Dus boom en kruid vormde overvloedig groot blad. En nu, met een kleine zonnige aanloop ineens een korte hittegolf met haast ongekende, tropische temperaturen.
Onze planten weten zich geen raad met de grote hoeveelheid met water verwend blad. Dat blad probeert in de hitte het oppervlak te verkleinen om de verdamping nog enigszins te beperken: het buigt naar beneden en hangt slap. Zie hieronder bij de Eupatorium ( koninginnenkruid)


Als er dan maar voldoende vocht door de wortels kan worden opgezogen, herstelt zich dat wel weer en de avond en in de nacht. Hier op de turfachtige grond is dat het geval. Op zandgrond vaak niet, en dan kan het blad verdorren en werpt de plant vroegtijdig al blad af. Dat zorgt dan al voor een  herfstige aanblik.
In onze vroegere tuin in Apeldoorn was dat vaak na onze zomervakantie al het geval.
Hieronder de verderesdoorn, die, hoewel hij bij de sloot staat, toch problemen heeft met het blad aan de laatste uitlopers.


En in welke staat wijzelf ons bevinden in dit hittegolfje: ik heb al heel wat blaadjes afgeworpen en de automatische correctie heeft nog nooit zoveel fouten uit een stukje gehaald.


vrijdag 17 augustus 2012

Zomer: gezoem van bijen en hommels.

                                              hommel op kaardebol

Als je nú planten in de tuin hebt, die bijen, hommels en vlinders aantrekken is dat niet alleen een feest voor deze nuttige en helaas zelfs bedreigde insecten, maar ook voor jezelf.
Met dit mooie en zonnige weer is het gezoem niet van de lucht en moet je rustig door de tuin lopen, om vooral de ijverig nectar verzamelende bijen niet te veel op te doen schrikken. Maar dit betekent voor mij hoogzomer.
Vooral de veronicastrum, de wilde marjolein (Origanum vulgare) en het wilde koninginnenkruid (Eupatorium cannabinum) trekken veel bijen.
Verbazend hoe veel overuren bijen maken, zelfs als het wat bewolkt is en de schemering al nadert.

                                                  bij op koninginnenkruid

                                                       bij op wilde marjolein

De eerste foto met het hommeltje in zijn sympathieke pelsjasje heeft de ereplaats bovenaan gekregen. Hij zit op de wilde kaardebol (Dipsacus fullonum) die is uitgegroeid uit het rozet naast de trap, die ik eerder vermeldde. Er zijn zeven kaarde”bollen” verschenen, die vooral aantrekkelijk schijnen te zijn voor hommels. En die zie ik er dan ook geregeld op zitten.

maandag 13 augustus 2012

Mottenkruid; een aardig toortsje.


Om de ladders gemakkelijk tegen de dakrand aan te kunnen zetten, hebben we aan de zuidkant van het huis een aantal vierkante meters met grind bedekt. Dat hoort een nette huisvrouw natuurlijk op zijn tijd aan te harken, zodat er zich geen ”onkruid” kan vestigen. En dat gaat mij uiteraard doorgaans  niet lukken.
Ten eerste heb ik meestal wel iets leukers te doen en ten tweede vestigen zich daar aparte plantjes, die ik de kans wil geven zich wat verder te ontwikkelen, voordat ik ze naar een ander geschikt plekje verhuis.
Eén van die planten is een heel aardig wild toortsje: het mottenkruid ofwel Verbascum blattaria. De naam “mottenkruid” zou afkomstig zijn van motten of kakkerlakken, die in de afgevallen bloemen zouden kruipen.
Ik zou eerder denken aan de witte bloemetjes, die wel wat van een vlinder / mot weghebben.
Het eerste jaar zie je alleen de rozetten, die meestal het jaar erna pas de bloeistengel omhoog laten schieten. 


Die kan zo'n 60 tot 120 cm hoog worden en vormt van juni tot augustus steeds prachtige bloempjes. 


Na de bloei blijft de plant interessant door de ronde, glanzende zaaddoosjes langs de stengel.

De plant schijnt vrij zeldzaam te zijn in Nederland en in Vlaanderen en Wallonië staat hij op de rode lijst.
Hij wil volle zon en droge, arme tot matig voedselrijke grond. Zanderige riviergronden bij voorbeeld. Maar ook tussen stoeptegels en in het grind.
En daar laat ik dit leuke toortsje gewoon staan.


maandag 6 augustus 2012

Gehavende dagpauwoog.


In het afgelopen weekend vond de Nederlandse tuinvlindertelling plaats. Gedurende 15 minuten op een zonnig moment alle vlinders tellen, die je waarnam (geen dubbeltelling natuurlijk), en op naam en aantal doorgeven. Zie hier de resultaten.
Kleine tuintjes gemiddeld 3,2 vlinders en grote tuinen gemiddeld 6,8 vlinders.
Friesland scoort gemiddeld hoog in het aantal vlinders.
De Vlinderstichting maakt zich zorgen om het teruglopen van de aantallen vlinders, alhoewel het resultaat in het afgelopen weekend met flinke zonnige perioden relatief nog meeviel.
Hier in de tuin zag ik het afgelopen weekend voor het eerst dit seizoen meer dan drie vlinders. De enige na de strenge februarivorst overgebleven vlinderstruik bloeit nu volop en dat trekt de vlinders aan.
Ik telde 13 vlinders op de Buddleja: 4x dagpauwoog, 3x klein koolwitje, 2x atalanta, 1x kleine vos, 1x bont zandoogje, 1x blauwtje, 1x gehakkelde aurelia.
Met dat aantal was ik heel blij. Vooral de gehakkelde aurelia kon ik zeer waarderen.
Omdat de vlinders het zo moeilijk hebben, hier een eerbetoon aan de gehavende dagpauwoog, die, gebutst en wel, gewoon meevladderde. Pas op de computer zag ik de mooie citroenvlinder achter hem (zie boven).


donderdag 2 augustus 2012

Op het eerste gezicht 8: augustus.



De beste tuinfoto's maak je in de vroege ochtend of in de vroege avond omdat je dan geen problemen krijgt met het opvallend zonlicht. Voor de foto's van 1 augustus heb ik me daar niet aan gehouden. Ik voelde de noodzaak van zonnige foto's na alle regen en kille dagen.
De parasol staat uit in de achtertuin op de bovenste foto, de astilbes geven het paarsblauwe accent linksonder, de vele torentjes van de Veronicastrum virginicum 'Lavendelturm' rechts in het midden blijven staan in weer en wind - ik vind deze plant in een grotere groep altijd weer prachtig. Achterin de tuin rechts wordt de metershoge laurierkers overwoekerd door de wilde Clematis vitalba, deze clematis kan werkelijk met gemak een huis overwoekeren...

In de zijtuin aan de noordkant in het midden de kattenstaart. De dit jaar niét geknotte tamme kastanje blijkt nu zoveel schaduw te geven, dat de bloei van een aantal planten achterblijft. Volgend voorjaar tóch maar weer knotten.

Het is nu het hoogtepunt van de zomer. Diep groen blad en soms zelfs al enige verwelking. Maar zeker een maand hopen we nog te kunnen genieten van zon, warme dagen, het zoemen van de insecten en de geuren en kleuren van hoogzomer. De vogels houden zich nu betrekkelijk stil, de bijen zijn zeer actief en ik hoop langzamerhand meer vlinders te zien.